De perfecte houding achter de draaischijf? Die kunnen we je niet voorschrijven. Want zoveel hangt af van je lichaamsbouw en je persoonlijke voorkeuren. Maar als je houding niet ideaal is, zal je dat voelen. Ergonomie is iets waar je best rekening mee houdt.
Veel keramisten krijgen bijvoorbeeld last van hun polsen. Is dat bij jou ook zo? Dan is het tijd om na te denken over wat je kan veranderen achter de draaischijf. En dan hebben we het niet alleen over voldoende pauzes nemen of je spieren opwarmen voor je begint. Je kan ook sleutelen aan je houding en je techniek.
Je houding
De één zit graag sterk voorover geleund, de ander liever meer naar achteren. De één houdt zijn ellebogen zo dicht mogelijk tegen het lichaam, de ander niet. Ook waar je met je armen steunt of hoe je je handen precies plaatst, verschilt van persoon tot persoon. Maar één ding is zeker: hoe meer je je handen en armen in één lijn kan brengen, hoe beter.
Merk je dat je vaak met gebogen polsen zit te werken? Dan kan het lonen om je houding aan te passen. Waar steun je met je ellebogen? En kan je misschien beter op een andere plek steunen?
Even belangrijk is de vraag of je draaischijf op de juiste hoogte staat. Als je draaischijf te laag staat, ben je verplicht om je polsen te buigen. Verhoog in dat geval je draaischijf, bijvoorbeeld met bedverhogers of met bakstenen.
Je techniek
Eens je een techniek onder de knie hebt, blijf je die gebruiken. Logisch! Maar wat als die techniek je pijnlijke polsen bezorgt?
In veel gevallen bestaat er meer dan één techniek om hetzelfde resultaat te verkrijgen. Zo kan je je klei bijvoorbeeld ook centreren door het naar je toe te trekken. Het is iets helemaal anders dan wat je gewend bent, maar het plaatst minder druk op je polsen.
Ook voor andere stappen in het draaiproces zijn er alternatieve methodes die je kan uittesten. In onze cursus draaien voor beginners legt docente Aster bijvoorbeeld verschillende technieken en houdingen uit voor centreren, opentrekken en optrekken. Je kiest best die houding en techniek die goed bij jou en je lichaam past.
Kneden
Niet alleen je houding en techniek achter de draaischijf spelen een rol bij het vermijden van polspijn, ook de techniek die je gebruikt om klei te kneden, kan een groot verschil maken.
Traditioneel wordt vaak de ossekopmethode gebruikt om klei te kneden, maar deze techniek vraagt veel van je polsen. Een goed alternatief is de spiraalmethode, waarbij je de klei op een meer vloeiende en minder belastende manier kneedt.
Daarnaast kan je ook de hardheid van de klei aanpakken door deze meerdere keren in het pak op de grond te gooien. Dit maakt de klei soepeler en verlaagt de kracht die je tijdens het kneden moet uitoefenen, wat je polsen aanzienlijk kan ontlasten. Zo begin je niet alleen met beter voorbereide klei, maar voorkom je ook onnodige spanning op je gewrichten nog voor je achter de draaischijf gaat zitten.
Dit alles betekent niet dat je al je vertrouwde methodes overboord moet gooien. Maar keramiek maken is en blijft een creatief proces. Wees dus niet bang om met nieuwe technieken en houdingen te experimenteren. Wie weet wat je allemaal ontdekt? Veel kleiplezier!
